woensdag 6 april 2005
Van Turken en Marokkanen, democraten en moslims
In een opiniestuk in De Standaard van 6 april reageert Mohamed El Omari, voorzitter van de vereniging Divers en Actief (D&A) op de column 'De goede moslim' van Tom Naegels (De Standaard, 2-3 april).
De slechte Marokkaan
Met stijgende verbazing hebben wij de laatste column van Tom Naegels gelezen (,,De goede moslim'', DS 2-3 april). De Marokkaanse moslims worden daarin afgeschilderd als jaloerse, verdeelde en 'slechte' moslims, terwijl de Turken het goede voorbeeld zouden geven, onder meer bij de verkiezingen voor de moslimraad. Dat vraagt om nuancering.
Zo is het fout dat de Turkse verkozenen bekritiseerd zouden worden vanuit Marokkaanse hoek. Het gaat erom dat er in het algemeen te weinig moslims gestemd hebben (van Marokkaanse, maar ook van andere origine) en niet zozeer dat er te weinig Marokkanen verkozen zijn.
Of is het een toppunt van democratie dat slecht tien procent van de kiesgerechtigden opdaagde en dat bepaalde kandidaten met slechts 69 of 71 stemmen verkozen zijn (op een totaal van 400.000 moslims)? Het is trouwens heus niet zo dat de negentig procent niet-stemmers allemaal Marokkanen waren. Als een grotere opkomst hetzelfde verkiezingsresultaat had gegeven, zouden er al veel minder problemen zijn. En als de kandidaten daarbovenop niet volgens hun etnische afkomst waren ingedeeld, zou er geen haan naar gekraaid hebben.
Een tweede verwijt dat geen steek houdt, is dat de Marokkaanse kritiek slechts achteraf is gekomen, nadat de verkiezingen hebben plaatsgevonden. Zowel het Brusselse parlementslid Fouad Ahidar (spirit) als senator Fauzaya Talhaoui (spirit) hadden vóór de verkiezingen al laten weten dat er meer tijd nodig was om op grote schaal te kunnen mobiliseren. En ook onze vereniging heeft aan de alarmbel getrokken, door een opiniestuk te publiceren waarin de gebrekkige voorbereiding van de verkiezingen werd aangeklaagd, enkele weken voor ze plaatsvonden (,,Een offerfeest als voorbeeld'', DS 15 februari ). In dat stuk stelden we voor om de verkiezingsdatum uit te stellen en een beroep te doen op de zelforganisaties om breder te mobiliseren. Want heel wat (Marokkaanse) moslims waren niet eens op de hoogte van de nieuwe verkiezingen. Toch bleef elke reactie - van de bevoegde ministers bijvoorbeeld - uit.
Verder klopt het evenmin dat de gebrekkige organisatie van de Marokkanen de oorzaak zou zijn van hun boycot van de verkiezingen. De echte reden daarvoor is dat het vertrouwen in de moslimorganen volledig zoek was, na het debacle van de vorige verkiezingen.
Ten slotte is het belachelijk te zeggen dat de Marokkaanse kritiek het beeld zou scheppen dat Marokkanen minder democratisch aangelegd zouden zijn. Wat is er democratischer dan kritisch participeren aan het maatschappelijk debat? Leven wij in een stalinistisch land, waarin elke zweem van kritiek verboden is? Ben je ondemocratisch wanneer je het niet-representatieve karakter van een gebrekkig georganiseerde verkiezing aankaart?
Gemakshalve wordt vergeten dat heel wat Turken het eens zijn met de fundamentele kritiek dat de organisatie van deze verkiezingen veel beter had gekund. De kunstmatige tegenstelling 'Turken versus Marokkanen', louter op basis van een meningsverschil tussen een aantal politici, is dan ook bijzonder betreurenswaardig, want clichébevestigend en leugenachtig. 'De Marokkanen' hebben nooit op 'de Turken' geschoten, alleen op de organisatie van de verkiezingen, die bij wet werd toevertrouwd aan een vijfkoppige commissie. Maar ja, het is sensationeler om in een column een cliché te onderstrepen.
Maar bovenal draagt het allemaal op geen enkele manier bij tot de kern van het debat, met name: hoe kunnen we komen tot een representatieve moslimvertegenwoordiging, die gedragen wordt door zoveel mogelijk moslims?
Mohamed El Omari
Voorzitter van de vereniging Divers en Actief
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten